Het RIVM heeft onderzoek verricht naar de mogelijke effecten van blootstelling aan perfluoroctaanzuur (PFOA perfluoroctaanzuur (perfluoroctaanzuur)) op de gezondheid van omwonenden van de DuPont/Chemours fabriek in Dordrecht. Hiervoor heeft het RIVM in 2016 een risicoschatting gepubliceerd. Vervolgens heeft het RIVM de resultaten van deze schatting geverifieerd met een bloedonderzoek. Ook heeft het RIVM literatuuronderzoek verricht naar de mogelijke gezondheidseffecten van blootstelling aan PFOA.

Bloedonderzoek omwonenden van de DuPont/Chemours

(Beeldtitel: Bloedonderzoek omwonenden DuPont/Chemours bevestigt langdurige blootstelling PFOA. Voice-over:)

RUSTIGE MUZIEK

VOICE-OVER: De langdurige blootstelling aan de stof PFOA in het verleden heeft bij omwonenden van de DuPont/Chemours-fabriek mogelijk gezondheidseffecten veroorzaakt.
Dit blijkt uit onderzoek van het RIVM.
Het RIVM heeft samen met de Dienst Gezondheid & Jeugd Zuid-Holland Zuid bloedonderzoek uitgevoerd onder omwonenden van de fabriek.
Het bloedonderzoek heeft de met een computermodel berekende bloedconcentratie voor 2016 bevestigd.
Het blijkt dat omwonenden die lang dicht bij de fabriek wonen hogere concentraties PFOA in bloed hebben dan bewoners die verder weg of minder lang in de omgeving wonen.
ERIK LEBRET: De resultaten van ons onderzoek bij omwonenden bevestigen de resultaten van onze eerdere modelberekeningen uit 2016.
En wat we zien, is dat bij de groep mensen die langdurig in de buurt van het bedrijf wonen we hogere PFOA-waarden vinden in het bloed dan bij mensen die verderop wonen.
Ja, en die hogere bloedwaarden die in het verleden waarschijnlijk nog een stuk hoger zijn geweest kunnen mogelijk wel gezondheidseffecten optreden.
Het vervelende is alleen dat we niet precies weten welke effecten bij welke niveaus optreden.
De meeste wetenschappelijke aanwijzingen zijn er voor veranderingen van betrekkelijk milde aard, maar die zijn wel in de ongewenste richting.
En u moet dan denken aan effecten op het cholesterolniveau op leverenzymen, op het geboortegewicht.
Er zijn ook beperkte aanwijzingen dat er een mogelijke relatie is tussen PFOA en het voorkomen van nierkanker en testeskanker en colitis ulcerosa, dat is een vorm van ontsteking van het slijmvlies van de darm.
Gelukkig komen die aandoeningen relatief weinig voor.
Bovendien weten we niet precies of er nou een oorzakelijke relatie is met PFOA of dat er andere factoren in het spel zijn.
VOICE-OVER: Het RIVM verwacht dat individueel gezondheidsonderzoek onder omwonenden weinig tot geen gezondheidswinst oplevert.
LEBRET: Ja, voor een aanvullend gezondheidsonderzoek vinden we op basis van deze cijfers geen aanleiding.
Veranderingen van cholesterol en leverenzymen zijn betrekkelijk klein.
Een aantal van de andere veranderingen zijn al onderdeel van standaardcontroles.
Zo controleert de verloskundige standaard op bloeddruk tijdens de zwangerschap.
Voor nierkanker en testeskanker is de kans dat met een aanvullend gezondheidsonderzoek extra gevallen zullen worden gevonden, heel erg klein.
Ik kan me voorstellen dat er mensen zijn die bij deze onduidelijkheden zich toch zorgen maken over hun gezondheid.
In dat geval raden we ze aan contact op te nemen met de huisartsen.
De huisartsen, verloskundigen en medisch specialisten die zullen ook geïnformeerd worden over de resultaten van dit onderzoek.
VOICE-OVER: Het RIVM volgt de kennisontwikkeling rondom PFOA op de voet.
Zodra er nieuwe inzichten zijn, kan het RIVM haar bevindingen hierop aanpassen.

(Het Nederlandse wapenschild met daarnaast: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Het beeld wordt oranje met wit. Beeldtekst: Meer informatie? www.rivm.nl/PFOA. Een productie van het RIVM. Copyright 2017. De zorg voor morgen begint vandaag.)

PFOA perfluoroctaanzuur (perfluoroctaanzuur) is een door mensen gemaakte chemische stof, die van nature niet in het milieu voorkomt. De stof is gebruikt voor producten om oppervlakten te beschermen, zoals de behandeling van tapijten en kleding, coatings voor kartonnen verpakkingen en anti-aanbak lagen.

PFOA kan in het milieu terechtkomen bij de fabricage, het gebruik en vanuit afval van producten waar het in verwerkt is. Ook kan het in het milieu gevormd worden als afbraakproduct van andere fluor houdende chemicaliën.

De Europese Unie heeft geconcludeerd dat de stof de volgende eigenschappen heeft: het is bioaccumulerend (hoopt op in het lichaam), niet afbreekbaar in het milieu, reprotoxisch (heeft een effect op de voortplanting) en mogelijk kankerverwekkend. Daarnaast zijn effekten op de lever bekend.

De reden dat 'mogelijk kankerverwekkend' wordt gebruikt, is dat het bewijs hiervoor beperkt is. Dit geldt zowel voor het bewijs van studies met proefdieren als voor het bewijs uit epidemiologische studies. Epidemiologische gegevens suggereren een mogelijk verhoogd risico op met name nierkanker en testeskanker bij hogere blootstellingsniveaus.

Een risico voor de lever ontstaat wanneer de grens van veilige blootstelling aan PFOA wordt overschreden. Gegevens uit onderzoek op proefdieren (rat, muis en aap) wijzen erop dat blootstelling aan PFOA tot leververgroting (lever hypertrofie) kan leiden.

Nadelige effecten op de voortplanting, met name de ontwikkeling van de ongeboren vrucht, zijn in diverse muizenstudies bij hogere blootstelling gevonden.